Bij evaluatie van taalvaardigheid moeten we rekening houden met verschillen in situaties waarin anderstaligen Nederlands gebruiken, met de verschillende talige eisen naargelang de context. Dat betekent dat je kijkt naar die taalvaardigheid die nodig is om te functioneren in bepaalde domeinen (bv. tijdens studie, op het werk, deelname aan het sociale leven, etc.) Dat zal verschillen van persoon tot persoon, van situatie tot situatie. Voor iedereen individuele examens ontwikkelen gaat natuurlijk niet, maar je kan wel rollen of profielen van taalgebruikers opstellen.
Groot voordeel van een zo groot mogelijke inbedding in functionele contexten is dat de bedoeling van de evaluatie voor de leerders veel duidelijker wordt. Ze kunnen zich beter voorstellen wat van hen wordt verwacht bij een evaluatie als die verwachtingen geformuleerd worden in functionele termen en duidelijk maken wat de cursist moet kunnen doen in het Nederlands. Zo zal het bijvoorbeeld voor een cursist die werkzoekend is belangrijk zijn om vacatures te begrijpen.
terug>>